Investeer in duurzaam vertrouwen. Zoek elkaar actief op en investeer om te beginnen in laagdrempelig, informeel contact. Leer elkaar kennen, zonder meteen verwachtingen van elkaar te hebben. Vertrouwen is de basis voor verdere samenwerking.
Investeer in kennis over elkaars werk en ga met elkaar in gesprek over raakvlakken. De gemeente kan bijvoorbeeld lbo’s uitnodigen om te komen vertellen over hun activiteiten. Lbo’s kunnen op hun beurt de gemeente actief benaderen voor meer uitleg over de ondersteuningsmogelijkheden binnen de Wmo en voorlichting aan hun achterban.
Waardeer elkaars werk met respect voor verschillen in overtuigingen, mogelijkheden en grenzen. Uit deze waardering bijvoorbeeld door elkaar uit te nodigen voor feestelijke en inhoudelijke bijeenkomsten, ook om zo te leren van elkaars expertise.
Zie elkaar als partners in het ondersteunen van kwetsbare Hagenaars. Trek samen op rond inhoudelijke thema’s, zoals vrijwillige inzet, samenwerking in de wijk, kansen voor jongeren en het bestrijden van eenzaamheid. Verken waar kansen liggen en bespreek hoe formele en informele, professionele en vrijwillige ondersteuning elkaar kunnen aanvullen.
Versterk als gemeente kleine gemeenschappen van met name (relatieve) nieuwkomers die over onvoldoende organisatiekracht beschikken. Zo zijn ook zij in staat om – als ze dat willen – hun maatschappelijke rol te vervullen.
Kijk samen hoe de gemeente kan ondersteunen rond de vele hulpvragen die nu vaak bij een klein aantal soms overbelaste – leden van een gemeenschap terecht komen. Hoe kunnen aanwezige voorzieningen beter worden benut? Zet onder andere in op mondelinge voorlichting over ondersteuningsmogelijkheden binnen de Wmo door deskundigen van gemeente of zorgaanbieders of door de nieuw ingestelde intermediair. In kerk, tempel, moskee of verenigingsgebouw zelf, aansluitend op een activiteit of dienst.
Stimuleer en faciliteer als gemeente samenwerking tussen lbo’s onderling en met Wmopartners in de stad. Bijvoorbeeld door lbo’s te ondersteunen om Buurthuis van de Toekomst te worden of met buurthuizen samen te werken, zonder dat ze hun eigen visie op zorg en ondersteuning hoeven los te laten. Zo werk je aan sociale cohesie in stad en buurt.
Werk aan een positieve grondhouding over en weer en veranker de (aandacht voor) samenwerking in duurzaam beleid met een duidelijke visie en vaste contactpersonen, zowel bij de gemeentelijke organisatie als bij lbo’s. Denk daarbij ook na over de rol en plaats van de intermediair. De intermediair kan optreden als aanjager, verbinder, voorlichter en doorverwijzer, maar moet niet het enige kanaal worden voor uitwisseling en communicatie tussen de gemeente en lbo’s. Het gaat uiteindelijk om het bevorderen van meer directe contacten tussen lbo’s onderling en met gemeenteambtenaren, wijkteams, reguliere aanbieders, wijkbureaus en bewonersorganisaties.
Uw gemeente voert de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo) uit. Deze wet is bedoeld voor mensen die hulp nodig hebben bij het zelfstandig thuis wonen en het ontmoeten van anderen. Maar ook voor de ondersteuning van mantelzorgers, om overbelasting te voorkomen.
Redt u het niet meer in huis? Of vereenzaamt u omdat u de deur niet meer uitkomt? De Wmo is er voor mensen die hulp nodig hebben om thuis te kunnen blijven wonen. En de Wmo is ook bedoeld voor mensen die niet meer zelfstandig kunnen deelnemen aan de samenleving. Geldt dat voor u? In beide gevallen is uw gemeente dan verplicht om u te ondersteunen. De gemeente bekijkt samen met u en uw partner of mantelzorgers welke hulp u nodig heeft. Daarna kijkt de gemeente hoe uw partner, kinderen, familieleden, vrienden of buren u eventueel kunnen helpen. Is deze hulp niet genoeg? Willen of kunnen familieleden of vrienden niet genoeg voor u betekenen? Dan kan de gemeente bijspringen.
De Wmo kent twee soorten ondersteuning, deze worden ook wel voorzieningen genoemd. Een algemene voorziening is er voor iedereen. Voorbeelden zijn een koffieochtend in het buurthuis, de boodschappenbus of de maaltijdservice. Of vervoer voor iedereen van 75 jaar en ouder. Een maatwerkvoorziening is afgestemd op één persoon. Bijvoorbeeld een scootmobiel of begeleiding bij de administratie.
Wat zijn maatwerkvoorzieningen?
Voor ondersteuning vanuit de Wmo voor maatwerkvoorzieningen betaalt u een vaste bijdrage van 17,50 euro per vier weken. Let op: in sommige gemeenten geldt huishoudelijke hulp niet als een maatwerkvoorziening maar als een algemene voorziening (zie hieronder). De gemeente onderzoekt of u in aanmerking komt voor een van deze voorzieningen. Hoe dat werkt, leest u in dit artikel over ‘het keukentafelgesprek‘.
Een algemene voorziening die uw gemeente biedt, is vrij toegankelijk. Als u wilt, kunt u er gebruik van maken. De gemeente zal vermoedelijk wel een bijdrage vragen voor het gebruik van deze voorzieningen. Vanaf 2020 is dat een vaste bijdrage 17,50 per vier weken.
Niet iedere gemeente heeft dezelfde diensten in de aanbieding. Informeer bij het Wmo-loket of de afdeling welzijn, wat uw gemeente voor u kan betekenen. Voorbeelden van algemene voorzieningen zijn:
Al deze algemene vormen van hulp vraagt u aan bij de gemeente. U kunt het telefoonnummer van uw gemeente bellen en vertellen wat u nodig heeft. Vervolgens wordt u met de juiste afdeling doorverbonden. U kunt ook kijken op de website van uw gemeente, daar staat in principe alles vermeld.
Komt u in aanmerking voor ondersteuning vanuit de Wmo? Dan zijn er twee mogelijkheden om de ondersteuning te regelen. De eerste manier is, dat u kiest voor ‘zorg in natura’. U ontvangt de zorg via de gemeente en de organisaties waar de gemeente mee samenwerkt. De gemeente bepaalt dan bijvoorbeeld wat voor soort rolstoel u krijgt of wie u helpt in de huishouding.
De tweede manier is dat u uw ondersteuning zelf inkoopt met een persoonsgebonden budget (pgb). Met een pgb kunt u bijvoorbeeld een andere rolstoel of scootmobiel kopen dan de standaardmodellen van de gemeente. Uw gemeente kan u vertellen hoe u een pgb aanvraagt. Alles over het persoonsgebonden budget (pgb).
Gemeenten vragen voor de ondersteuning die zij bieden een eigen bijdrage. Voor maatwerkvoorzieningen betaalt u een vaste bijdrage van maximaal 17,50 euro per vier weken. Algemene voorzieningen hebben zo’n vast tarief vanaf 2020. Over de kosten van een algemene voorziening in uw gemeente, kunt u zich het beste rechtstreeks tot uw gemeente wenden. Mogelijk wordt bij het bepalen van de hoogte van uw eigen bijdrage, gekeken naar uw inkomen en vermogen.
https://www.denhaag.nl/nl/zorg-en-ondersteuning/wat-is-de-wet-maatschappelijke-ondersteuningwmo.htm#